blog

Eerste uitspraak over ontslag vanwege weigeren vaccineren tegen Covid-19

3 min leestijd22 aug 2021

Nou daar is ie dan hoor! De allereerste uitspraak van een rechter over een ontslag op staande voet vanwege het weigeren van een vaccinatie tegen Covid-19.

Pascal Besselink

advocaat

Bekijk meer

De overzeese rechter - de kwestie speelt op Curaçao - oordeelt dat een algemene vaccinatieplicht niet bestaat en dergelijke verplichtingen evenmin passen binnen de arbeidsverhouding. Vaccineren raakt immers het grondrecht van burgers op onaantastbaarheid van het menselijk lichaam en het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer. Werkgevers moeten deze grondrechten van hun werknemers respecteren. Een inbreuk op een grondrecht door de werkgever kan onder bepaalde omstandigheden echter gerechtvaardigd zijn. Er moet dan sprake zijn van noodzakelijkheid, proportionaliteit en subsidiariteit.

Verantwoordelijkheid om werknemers te beschermen

De werkgever heeft de wettelijke verplichting om zijn werknemers op de werkplek zo veel mogelijk te beschermen tegen een coronabesmetting. Deze verantwoordelijkheid kan meewegen bij de beoordeling of sprake is van een legitiem doel om inbreuk te maken op de grondrechten van een werknemer.

Onterecht ontslag op staande voet

In dit geval heeft de werkgever zijn werknemer verzocht zich te laten vaccineren tegen het Covid-19 virus. Toen zij weigerde zich te laten vaccineren heeft de werkgever haar ontslagen en verbond dus een negatieve consequentie aan haar besluit. Daarmee werd haar beslissingsruimte en keuzevrijheid ingeperkt en is er sprake van een indirecte verplichting tot vaccineren (vaccinatiedrang). Dat levert een inbreuk op de grondrechten van de werknemer op. De rechter oordeelt dat er geen omstandigheden zijn die maken dat die inbreuk in dit geval gerechtvaardigd is. Zonder wettelijke vaccinatieplicht kan de weigering tot vaccineren niet leiden tot een dringende reden voor ontslag op staande voet. Het ontslag op staande voet is onterecht.

Arbeidsovereenkomst toch ontbonden

Wel wordt de arbeidsovereenkomst ontbonden. De coronapandemie heeft de verhoudingen op scherp gezet. Het recht van de werknemer op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer en lichamelijke integriteit kan haaks staan op het belang van de werkgever om zichzelf, zijn werknemers en anderen op de werkvloer tegen besmetting te beschermen. De omstandigheden leiden er in dit geval toe dat voortzetting van de arbeidsrelatie niet meer haalbaar is.

Hulp nodig?

Of je nu verzekerd bent of niet, DAS biedt rechtshulp wanneer je het nodig hebt. Onze juristen en advocaten staan klaar om je te helpen. Wil je meer informatie? Bekijk dan das.nl/ondernemer en onderstaande links.

Onze oplossingen, zelf te generen of aan te vragen op maat:

Disclaimer

Dit blog schetst de algemene regels en uitgangspunten. Uiteraard kan er in specifieke situaties sprake zijn van uitzonderingen. Heb je vragen over dit onderwerp of jouw specifieke situatie, dan kun je altijd contact opnemen met een van onze juridische specialisten.

advocaat

Pascal Besselink

Ik houd mij vanaf 1997 bezig met het arbeidsrecht. Als advocaat sta ik zowel werkgevers als werknemers bij. In 2010 rondde ik cum laude de postdoctorale Specialisatie Opleiding Grotius Arbeidsrecht af en in 2011 de Leergang P...

Meer artikelen van Pascal Besselink

Ook interessant voor je

Wat moet je doen als je werknemer fouten maakt?
08 aug 202421 min leestijd

Wat moet je doen als je werknemer fouten maakt?

Een podcast over de te volgen stappen als je werknemer zijn werk niet goed doet.

Wat gaat er veranderen binnen het arbeidsrecht met de nieuwe coalitie?
03 jul 20243 min leestijd

Wat gaat er veranderen binnen het arbeidsrecht met de nieuwe coalitie?

Wat zijn de plannen voor het arbeidsrecht met nieuwe coalitie? Een drietal onderwerpen uitgelicht.

Elke minuut telt: opstarttijd is ook arbeidstijd
19 jun 20243 min leestijd

Elke minuut telt: opstarttijd is ook arbeidstijd

Elke dag tien minuten eerder op je werk zijn om de systemen op te starten, zonder daarvoor betaald te krijgen. Dit was de realiteit voor een callcentermedewerker die van zijn werkgever eist dat hij vijf en een half jaar aan onbetaalde opstarttijd betaalt. Het Hof erkende deze tijd als arbeidstijd, een beslissing die de werknemer recht gaf op de loonvordering.

1 van 3